Gezang 74


1   Wij willen de bruiloftsgasten zijn
van Kana in Galilea.
Wij drinken daar van de bruiloftswijn.
Wij willen van harte vrolijk zijn
met Jezus en Maria.

2   Maria sprak in bekommerdheid:
er is niet genoeg te drinken.
Maar Hij zei: nog is het niet mijn tijd.
Zij wist in haar hart: Hij is bereid,
en zal het ons zeker schenken.

3   En toen de maaltijd ten einde liep,
zag Hij naar de lege vaten,
en deed ze vullen door die Hij riep,
en scheppen wat Hij te drinken schiep.
Zij proefden: wijn was het water.

4   Wij mogen met Jezus gezeten zijn
te Kana tussen de gasten.
Een ander schenkt eerst de goede wijn
en drinkt de mindere op het eind.
Hier komt het beste het laatste.

5   Wij zijn op het bruiloftsfeest genood
met Jezus en met Maria.
Hij draagt ons over de watervloed
en laaft ons hart met zijn hartebloed
te Kana in Galilea.

Liedboek voor de Kerken 1973