Gezang 490


1   Hier is een stad gebouwd
overal om ons heen,
huizen en bomen en
mensen van licht en steen.

2   Huizen van vrede voor
mensen van vlees en bloed.
Veilig onveilig, zo
leven zij bitterzoet.

3   Overal haast en ver-
keer dat geen richting heeft,
wolken lawaai als een
vuur dat geen warmte geeft.

4   Woorden gaan over en
weer, waar de mensen zijn.
Woorden zijn lief en leed,
rouw en geboortepijn.

5   Iedereen wil wel een
ander, maar weet niet hoe.
Iedereen gaat zo zijn
weg, wie weet waar naar toe.

6   Mensen gaan twee aan twee,
overvloed en woestijn,
zoeken een woning en
willen geborgen zijn.

7   Een stad is man en vrouw,
opstaan en slapen gaan,
mensen die dagelijks
doodgaan en voortbestaan.

8   Leven is liefde doen,
gaan in het oude spoor:
mensen zijn vader en
zoon, en dat gaat maar door.

9   Leven is overal
tussen fabrieken en flat
bloemen en kinderspel,
licht op muziek gezet.

10   Is er een stad zonder
dood zonder duisternis,
komt er een stad waar de
zon niet meer nodig is?

Liedboek voor de Kerken 1973