Gezang 421


1   Zolang als ik op aarde leven zal
mijn koning groot ik ere geven zal,
met woord, met daad, met juichen en gezang.
Hij heeft mij uitgetogen van de val,
geschreven in zijn uitverkoren tal,
dies mijne ziel Hem spelet lof en dank.
Zijn bitter lijden
doet mij verblijden.
Zijn hart is mijn,
het mijn is zijn.
treurigheid wijke,
vrolijkheid blijke,
want Jezus wil,
want Jezus wil mijn Heiland zijn.

2   Als mijn gemoed Hem biddet met aandacht,
als mijn tong Hem prijzet dag en nacht,
als ik Hem dien als zijn gehoorzaam kind,
de wereld boos mijn spottet en belacht,
maar wederom ik harer niet en acht,
al hare trots die schrijf ik in de wind.
Hoe Hij het voeget,
mij wel genoeget.
Hij maket al
na zijn geval.
Hij is de beste,
de eerst' en de leste,
die ik bemin ,
die ik bemin en minnen zal.

Liedboek voor de Kerken 1973