Gezang 414


1   Wilt heden nu treden voor God, den Here,
Hem boven al loven van harte zeer,
en maken groot zijns lieven namens ere,
die daar nu onze vijand slaat terneer.

2   Ter eren ons Heren wilt al uw dagen
dit wonder bijzonder gedenken toch.
Maakt u, o mens, voor God steeds wel te dragen,
doet ieder recht en wacht u voor bedrog.

3   Bidt, waket en maket dat ge in bekoring
en 't kwade met schade toch niet en valt.
Uw vroomheid brengt de vijand tot verstoring,
al waar' zijn rijk nog eens zo sterk bewald.

Liedboek voor de Kerken 1973