Gezang 384


1   Verzonken is het licht der zon,
het duister breekt zich baan alom.
Heer, wees ons licht waar wij ook gaan,
laat in het duister ons niet staan.

2   Heb dank, Heer, dat Gij onze voet
vandaag voor letsel hebt behoed;
steeds stond uw engel ons terzij,
door uw genade leven wij.

3   Vergeet het kwaad dat in ons is,
schenk onze ziel vergiffenis,
reken ons onze schuld niet aan,
zodat wij vredig slapen gaan.

4   Bescherm ons met uw eng'lenschaar,
behoed ons leven voor gevaar,
voor angst en schrik en overmacht,
wees ons nabij ook deze nacht.

Liedboek voor de Kerken 1973