Gezang 287


1   Waartoe geploegd, als 't zaad
niet valt in goede aarde?
O God, of Gij ons haat?
Wat heeft ons werk voor waarde?
Met onkruid ruig en sterk
vecht iedereen zich moe
en de opbrengst van ons werk
valt straks een ander toe.

2   Zeg ons, welk voordeel heeft
een mens van al zijn streven?
Hij wint zijn brood en leeft,
maar, Here, is dat leven?
Wij kunnen hier toch niet
bestaan bij brood alleen?
In moeiten en verdriet
gaat zo ons leven heen.

3   Heer, als er dan geen zin
is in ons werk gelegen,
leg Gij een zin daarin,
verkeer de vloek in zegen,
opdat wij als weleer
bewonen zonder pijn
een aarde, waar wij weer
gelukkig kunnen zijn.

4   Betrek ons eens voor al
op Hem die alle dingen
eenmaal nieuw maken zal,
dat wij in duizelingen
zien wat ons oog niet ziet
en ons verblijden zeer,
dat onze arbeid niet
vergeefs is in de Heer.

Liedboek voor de Kerken 1973