Gezang 256


1   Niet enkel door het water
kwam het woord,
al was het schip geladen
tot aan het hoogste boord.
Niet enkel door het water,
ook door bloed,
treedt in de Zoon de Vader
zijn schepping tegemoet.

2   Niet enkel door de Doper
is 't geweest,
het bidden en het hopen
vervult de Heil'ge Geest.
Niet enkel door de Doper
is 't gedaan.
God doet zijn hemel open,
geeft zelf zich te verstaan.

3   Niet enkel door te baden
zijn wij rein,
daar Hij zijn kerk vergadert
rond water, brood en wijn.
Genade voor genade,
overvloed!
Hij noodt ons aan zijn tafel
door water, woord en bloed.

4   Drie zijn er op de aarde,
waarlijk groot,
die ons voor God bewaren
in leven en in dood.
De geest, het bloed, het water,
zij alleen,
getuigen van de waarheid...
en deze drie zijn een.

5   Wij loven en wij prijzen
op dit feest
de grote gunstbewijzen
van Vader, Zoon en Geest.
Wat God van oudsher zeide,
dat geschiedt:
zijn Geest zal ons geleiden,
zijn woord klinkt in ons lied.

Liedboek voor de Kerken 1973