Gezang 192


1   O kostbaar kruis, o wonder Gods,
waaraan de Prins der glorie stierf;
ik wil om U zijn zonder trots,
ik acht verlies wat ik verwierf.

2   Bewaar mij dat ik roemen zou
dan in mijn Heren Christus dood.
Al wat ik anders noemen zou
is niets bij dit mysterie groot.

3   O angst en liefde, ondereen
vermengd als water en als bloed,
zij wijzen naar het wonder heen
van Hem die op de aarde boet.

4   Het rode bloed, zijn koningskleed
bedekt het schandelijke kruis,
dat wordt door alles wat Hij leed
de levensboom van 't paradijs.

5   En door zijn dood en door zijn bloed
is nu de wereld dood voor mij.
Ik ben gestorven, maar voor goed
van heel de dode wereld vrij.

6   De aarde zelf is veel te klein
voor wie U waarlijk loven wil.
Uw liefde is een groot geheim,
zij vraagt geheel mijn hart en ziel.

Liedboek voor de Kerken 1973