Gezang 189


1   Mijn Verlosser hangt aan 't kruis,
hangt ten spot van snode smaders.
Zoon des Vaders,
waar is toch uw almacht thans,
waar uw goddelijke glans?

2   Mijn Verlosser hangt aan 't kruis,
en Hij hangt er mijnentwegen,
mij ten zegen.
Van de vloek maakt Hij mij vrij,
en zijn sterven zaligt mij.

3   Mijn Verlosser hangt aan 't kruis.
Zou ik dan in droeve dagen
troost'loos klagen?
Als ik naar zijn kruis mij richt,
valt mijn eigen last mij licht.

4   Mijn Verlosser hangt aan 't kruis!
'k heb mij, Heer, voor dood en leven
U gegeven.
Laat mij dan in vreugd en pijn
met U in gemeenschap zijn.

Liedboek voor de Kerken 1973