Gezang 163


1   Gij zijt een mensenzoon, Gij komt van ver,
bloed van ons bloed, uit ons zijt Gij genomen.

2   Gij hebt mijn lief en leed, mijn dag gedeeld;
Gij zijt voor mij geen vreemde God gebleven.

3   Toen ik nog nergens was, maar levend dood,
hebt Gij en Gij alleen mijn licht ontstoken.

4   Licht van uw licht zijn wij, van uw geslacht,
mensen van licht maar duister onze wegen.

5   Mensen van vlees en steen, van hoop en vrees,
breng ons toch thuis, in godsnaam geef ons vrede.

Liedboek voor de Kerken 1973