Gezang 158


1   Christus, met eer gekroonde,
Zoon Gods in eeuwigheid,
die bij en in God woonde
en uitging in de tijd,
Gij zijt de morgensterre
die opging van zeer verre,
uw licht straalt wijd en zijd.

2   Gij zijt als mens geboren,
eenmaal de tijd vervuld,
opdat geen mens verloren
zou gaan in zonde en schuld,
Gij hebt de dood gedood en
Gods hemel weer ontsloten,
het leven ons onthuld.

3   Geef dat we in uw genade
toenemen meer en meer
en gaan met U te rade
en U beminnen zeer,
opdat wij hier reeds proeven
wat wij zozeer behoeven:
't zoet van uw heil, o Heer.

4   Gij schepper aller dingen,
Gij vaderlijke kracht,
hebt alle ordeningen
der aarde in uw macht.
Wil dan tot U bekeren
ons hart en zijn begeren,
God die ons thuis verwacht.

Liedboek voor de Kerken 1973